Het blazoen waar we mee gewerkt hebben:
En de puntentelling die je dan krijgt met onderstaande regels:
De regels
Er wordt een normaal blazoen gebruikt dat verdeeld is in 8 sectoren. In het midden wordt een geel ei geplakt dat in ieder geval de 9 en 10 en ook een stukje 8 afdekt. In het midden zit een rode dooier, net iets groter dan de 10.
De punten worden dan als volgt gegeven.
-Ei: 50
-Dooier: 0
-Rood: 1 x het nummer van de sector
-Blauw: 2 x het nummer van de sector
-Zwart: 3 x het nummer van de sector
-Wit: 1 x het nummer van de sector
-Mis: 13
Zie ook het plaatje hierboven.
Pijlen die op de overgang tussen twee waardes komen (op de lijn) krijgen het laagste aantal punten toegewezen, dus niet zoals bij het normale schieten. Een pijl op de rand van de dooier en het ei is dus maar nul punten waard.
Er worden 60 pijlen geschoten. Eerst 30 optellend zoals normaal. Met de tweede 30 is het de bedoeling af te tellen en weer exact op 0 punten uit te komen. De winnaar is dan degene die het dichtste bij de nul (of exact 0) zit. Voor diegenen die door de nul heen gaan die tellen dan weer vrolijk op.
De volgende blazoenen worden gebruikt:
-Compound 40 cm
-Recurve 60 cm
-Barebow, hout en jeugd 80 cm
In de uitslag wordt verder geen indeling gehanteerd voor discipline, klasse, leeftijd of afstand. Idee is dat het voor iedereen even moeilijk is om op de nul punten terecht te komen. Bij ons waren het uiteindelijk ook niet de meest ervaren schutters die hebben gewonnen.
Bronlokatie van de uitleg met daarbij ook een kort verslagje;
http://de-veerkracht.nl/ei.htm